Proloog

Robots maken geen fouten.

            Het zit niet in de aard van een niet-levend object om fouten te maken. Het zit niet in de aard van een creatie om fouten te maken. Mensen maken robots niet om fouten te maken.

            Robots maken geen fouten.

            Maar de mensen die ze programmeren wel.

            Want alleen het perfecte mens kan een perfecte creatie maken. Anders heeft de creatie fouten. Een creatie met fouten, maakt dan ook fouten.

            Het is aan de mens om erachter te komen wat die fouten zijn. Het is aan de mens om de niet perfecte creatie perfect te maken.

            Maar mensen maken fouten.

            En hun creaties dus ook.

            Je kunt pas een foutloze creatie maken als je zelf foutloos bent. En mensen kunnen niet foutloos zijn.

            Want het zijn mensen.

            En als een bepaald mens een creatie maakt, zal de creatie altijd iets weghebben van de persoon die hem heeft gecreëerd. Net als een kind op zijn ouders lijkt. Een kind neemt de imperfectheden van zijn ouders over en maakt er zijn eigen fouten van.

            Vandaar dat geen mens op aarde een perfecte creatie kan maken.

            Want het zijn mensen.

            En die zijn niet perfect.

 

Na jaren en jaren heb ik besloten om mijn verhaal op te schrijven. Mensen van alle generaties moeten weten welke fouten mijn leven hebben beïnvloed.

            En de mensheid moet weten dat tegen de natuur ingaan, de grootste fout is die gemaakt kan worden.


 

 

 

 

 

Deel 1

 

 


1

Victoria, dag 1, 12:32

Om precies 9:13 hebben we onze eerste creatie leven geschonken. Na vijf jaar kweken, experimenteren en groeien is onze creatie eindelijk af.

Het vrouwelijke wezen dat we hebben geschapen, zal het eerste mens zijn dat door genetische wetenschap is samengesteld.

Ze heeft bruin haar en groenbruine ogen, samengesteld van de moleculen van onze donors. Ze heeft een jeugdig lichaam van tussen de vijftien en de twintig jaar.

Victoria noemen we haar. De eerste mens die genetisch samengesteld is door de mens zelf.

 

‘Victoria,’ zeggen ze steeds tegen mij.

            Ik heb geen idee wat het betekent, maar ze zeggen het steeds, wachtend op een reactie.

            Ze prikken naalden in mijn lijf, bekijken mijn huid zorgvuldig. Ik zit hier naakt op het kleine bed, niet wetend wat ze met me van plan zijn. Niet wetend wie, of wat, ik ben. Of wat zij zijn.

            Wat ik wel weet, is dat ik nu officieel vijf jaar, twee uur en drie minuten oud ben. En nu vijf jaar, twee uur, drie minuten en acht seconden.

            ‘We gaan het leren praten,’ zeggen ze.

            ‘Het zal zeer spoedig kunnen praten,’ zeggen ze.

            ‘We zullen het alle talen leren,’ zeggen ze.

            Ik herken de klanken, hoor ze al vijf jaar, twee uur, vier minuten en achtendertig seconden, maar heb geen idee wat ze betekenen, of hoe ik de klanken zelf dat maken.

            ‘Victoria,’ probeer ik, maar het klinkt meer als ‘Ikoria’. Mijn handen plukken aan de korte haartjes op mijn hoofd.

            Gelijk kijken ze allemaal naar mij. Als ze dat nog niet deden.

            ‘Victoria,’ zeg ik nogmaals, dit keer met meer succes.

            Ze klappen in hun handen en glimlachen naar me. Flitsen verblinden mijn zicht, maken alles licht.

            ‘Een wonder,’ noemen ze me.

            ‘Wereldnieuws,’ zeggen ze.

            ‘Victoria,’ zeg ik nog een keer, en dan kruip ik in een hoekje en sluit me af voor de rare wezens die mij gecreëerd hebben.

 


2

Victoria, dag 3, 21:19

Onderzoek wijst erop dat Victoria lichamelijk gezien niet zal veranderen, tenzij wij dat natuurlijk zelf doen. Dat komt doordat haar huid een combinatie is van verschillende, onveranderlijke materialen. Wel kan het materiaal na een tijdje vergaan. Haar haren en nagels groeien wel, maar iets sneller dan we hadden verwacht.

Geestelijk is ze erg alert, maar nog steeds instabiel. Voedsel krijgt ze binnen via een infuus, net als een slaapmiddel dat we elke avond om 20:00 in haar infuus spuiten.

Victoria spreekt nu matig Engels en lijkt het erg snel op te pakken. Ook schijnt ze erg goed te zijn in data in zich opnemen. Haar geheugen is minstens tien keer zo groot als het onze. De toepassing van de data of van haar geheugen heeft ze nog niet onder de knie. Ook praat ze nog toonloos en kan ze onze gesprekken niet altijd volgen.

 

Ik krijg kleren.

            Een rare, witte jurk die aanvoelt als papier. De jurk zit niet fijn, maar ik klaag niet. Ik wil ze niet tot last zijn.

            ‘Victoria,’ noemen ze me. Het is mijn naam, zeggen ze. Ik zal het allemaal snel begrijpen, zeggen ze.

            Ik snap nog niet alles van hun taal. Ik snap nog niet alles van het wezen dat zij ‘mens’ noemen. Het wezen dat ik volgens hen ben.

            ‘Victoria, hoe noem je iets waarmee je op het water vaart?’ vraagt een van hen aan me.

            ‘Een schip, een boot, een drijvend platform,’ dreun ik op.

            Ze klappen weer in hun handen.

            ‘Goed zo,’ zeggen ze.

            ‘Je doet het geweldig,’ zeggen ze.

            ‘Victoria, hoe stel je jezelf voor?’

            ‘Hallo, mijn naam is Victoria. Hoe heet jij?’

            ‘Prachtig!’ zeggen ze.

            ‘Zo slim!’ zeggen ze.

            Ik weet niet wat ze moeilijk vinden aan mensen napraten. Ik snap nu hoe je je voorstelt, maar niet wat voorstellen is.

            Ze laten me een beeldscherm zien en vertellen dat wat ze draaien, een film is. Ze vertellen me ook nog dingen die ik niet snap.

            Twee mensen op het beeldscherm stellen zich aan elkaar voor. Ik snap nu wat voorstellen is, maar niet waarom je het zou doen. Ze stellen zich toch ook niet aan mij voor? Wat was dit voor rare wereld?

            ‘Snap je het, Victoria?’

            ‘Ja,’ zeg ik.

 

3

Victoria, dag 4, 21:19

De benen en armen van Victoria lijken moeite te hebben met het dragen van gewicht. Lopen en staan verloopt daardoor nog niet goed. Ook lijkt ze de functie van haar nagels niet te zien. We hebben ze kortgeknipt toen ze zichzelf ermee begon te verwonden.

 

Ik loop.

            Ze doen het de hele tijd, maar ik kreeg het niet voor elkaar.

            Tot nu.

            Ik wankel, loop niet rechtop zoals zij, maar ik loop. En ze klappen, tevreden met het resultaat.

 

Ze wassen me.

            Elke avond leggen ze me in een grote bak water. Mijn haren, die nu tot net boven mijn oren komen, soppen ze in met een zoet-ruikend goedje.

            Altijd is het water te warm. Altijd is de zeep of de shampoo te geurig. Toch klaag ik niet.

            Het is niet aan mij besteed om te klagen.

 


4

Victoria, dag vijf, 19:40

Victoria is bijzonder intelligent. Ze kan nu redelijk goed Engels en leest het nu ook. Ze kan nu ook matig Spaans en Frans. Wetenschappers en geleerden werken dag en nacht aan haar.

Haar geheugen is erg goed, we hebben haar met een geschiedenisboek en een atlas in een kamer opgesloten. Drie uur later kon ze ons precies vertellen waar alle steden van China lagen en hoe de Franse Revolutie verliep. De dag daarna hebben we hetzelfde gedaan met een woordenboek.

Lezen doet ze veel sneller dan mensen. Ook neemt ze informatie veel gemakkelijker in zich op. We vermoeden dat haar hersens minstens vijftig keer zo snel werken als die van ons.

Wel is ze emotioneel gezien erg instabiel. Vandaag om 10:02 kreeg ze opeens een hysterische huilbui die wij nog niet kunnen verklaren.

Victoria wordt maandagochtend tentoongesteld aan de hogere kringen.

 

Ik krijg eten.

            Het smaakt vies en raar en ik krijg het toegediend met een lepel.

            ‘Appelmoes,’ noemen ze het.

            ‘Omdat je nog niet helemaal door hebt hoe je lichaam werkt,’ zeggen ze.

            Ze geven me een bruin vierkantje. ‘Ontbijtkoek,’ noemen ze het. Ze leren me hoe ik moet kauwen.

            Ze zijn tevreden met wat ik doe. Ze klappen weer. Het klinkt niet fijn. Het is te hard.

            ‘Kunnen jullie daarmee stoppen?’ vraag ik terwijl ik de ontbijtkoek doorslik.

            ‘Natuurlijk, als jij dat wilt.’ zegt een van ze. Degene met lange, blonde haren die volgens mij een vrouw is. ‘Flora,’ noemen ze haar.

            ‘Dank u wel,’ zeg ik vriendelijk.

 

Ik word weer opgesloten. Met twee dikke boeken dit keer.

            Een woordenboek Frans-Engels en een woordenboek Frans-Spaans. Ik lees ze allebei helemaal.

            Wanneer ze me weer ophalen, steken ze weer naalden in mijn huid. Ik wil dat ze dat niet doen. Ik hoop dat ze er ooit mee ophouden.

            ‘Maandag komt er bezoek, Victoria,’ zegt Flora tegen me. Ze is aardig, een van de weinige van hen die me rechtstreeks aanspreekt.

            ‘Bezoek?’ herhaal ik.

            Bezoek; bezoeken; het bezoek. Langskomen om iets of iemand te verblijden met je gezelschap. Voorbeeld; wij bezoeken onze oma vandaag.

            ‘Ja, bezoek.’ Ze glimlacht doormiddel van het optrekken van één mondhoek.

            ‘Aha,’ zeg ik.

            De term ‘aha’ wordt gebruikt als iemand aan zijn medemens wilt laten weten dat je het begrijpt.

            ‘Denk je dat je dat aankunt? Emotioneel gezien?’ vraagt ze.

            Daar denk ik even over na. ‘Zo lang als ze niet teveel geluid maken en niets bij me doen wat ik niet begrijp.’ De naalden maken me altijd zo bang. Ze geven me het gevoel dat ik hier gevangen zit.

            ‘Oké. Dan mag je nu gaan slapen.’

            Ik knik, ga liggen en wacht totdat zij het slaapmiddel aan mijn infuus toevoegt.

            Wanneer het begint te werken, ben ik net zoals elke keer bang dat ik niet meer wakker word.

 

5

Victoria, dag zeven, 10:57

Victoria begint de mensen beter te snappen. Vanochtend hebben we haar uitgelegd hoe ze een ei bakt. Het verging haar erg goed.

De bloedgroep van Victoria is onbepaald doordat ze zoveel genetische toevoegingen heeft. We spuiten nu twee keer per dag bloedgroep O in haar bloedbanen, waarop haar lichaam goed lijkt te reageren.

Volgens onderzoek heeft Victoria per dag drie tot vier uur slaap nodig. Maar vanwege haar emotionele instabiliteit slaapt ze van 20:00 tot 2:30. Indien nodig, slaapt ze tot 3:30.

Morgen om 9:00 komen de sponsoren van de afdeling kijken naar de vorderingen van Victoria. Daarna wordt bepaald hoelang we haar houden en of we nog meerdere genetische creaties mogen maken.

 

Er komen mensen die mijn haar opsteken.

            Ik hou van mijn haar, van het gevoel van mijn lokken op mijn schouders. Ik wil niet dat ze het opsteken.

            Flora is de enige die met me praat vandaag. Het is fijn om iemand te hebben om mee te praten. Het is fijn om te praten in het algemeen.

            ‘En, Victoria. Ben je klaar voor de gasten?’

            Het bezoek. Dat betekend dat het maandag is. Vanaf nu kan ik de dagen van de week bijhouden.

            Ik was nu vijf jaar, acht dagen, tien uur, vijfentwintig minuten en negentien seconden.

            Ze vragen me altijd om dat niet bij te houden omdat het zonde was van mijn geheugen, maar ik kan niet anders. Het was alsof er een ingebouwde klok in mijn hoofd die ik voorlees.

 

Om 8:54 komen er mensen met grote camera’s het laboratorium binnen.

            Het zijn zoveel mensen. Ik schrik me dood. Ik deins achteruit en kijk ze geschrokken aan.

            ‘Geweldig,’ zegt een vrouwelijk mens met roodgeverfde haren. ‘Wat een mooie creatie. Je zou modellen moeten kweken.’

            Modellen kweken? Model; modellen. Model is een synoniem. Betekenis 1; een voorschets van iets wat je later nog wilt uitvoeren, weer voorbeeld. Betekenis 2; een (knappe) man of een vrouw die voor reclame op de foto gaat.

             Ik doe nog een paar stappen achteruit.

            Gelukkig grijpen op dat momentmijn bewakers in. ‘Houdt u alstublieft vijf meter afstand,’ zeggen ze. Ze onttrekken me aan het zicht van de mensen en daar ben ik ze dankbaar voor. Ik laat me op de grond zakken en begin de seconden nauwkeuriger te tellen.

            Bij seconde honderddertig gaat de deur van het laboratorium opnieuw open. Mijn bewakers pakken me beet en brengen me naar mijn kamer.

            De grote spiegel in de muur van mijn kamer is aan de andere kant glas. Dat weet ik. Dat begrijp ik. Ze willen mij niet bang maken, maar toch weet ik dat ze er zijn.

            Mensen. Een heleboel mensen.

            Er wordt een bord met eten door het luik geduwd, maar ik ga niet dichter naar de spiegel toe om het te pakken. Dat durf ik niet.

            Dan komt Flora binnen. Met haar halve glimlach geeft ze me het dienblad. Ik pak het mes en de vork en snij een stuk vlees af. Als ze me ziet kauwen, wordt haar glimlach breder.

            Ik neem een slok melk en glimlach vervolgens naar haar terug, doormiddel van het nadoen van haar bewegingen.

            Ze schrikt.

            Ik heb iets fout gedaan, denk ik meteen. De glimlach verdwijnt weer en ik ga in de hoek van de kamer zitten, op mijn bed. Ik trek mijn benen op en sla mijn armen eromheen.

            Dan komen er meerdere wetenschappers binnen. ‘Kun je dat nog een keer doen, Victoria?’

            Ik kijk ze bang aan. Wat willen ze dat ik doe?

            Flora glimlacht alweer naar me en gebaarde naar haar glimlach. ‘Dat willen ze nog eens zien,’ zegt ze vriendelijk.

            Ik doe haar bewegingen opnieuw na. Als haar glimlach breder wordt, klaart ook mijn gezicht helemaal op.

            Ze weten niet wat ze zien.

            ‘Ze heeft wel degelijk gezichtsuitdrukkingen,’ zeggen ze.

            ‘Ze zou waarschijnlijk ook toonverschil in haar stem kunnen maken, als ze zou willen.’

            Ik kijk Flora aan en vraag: ‘Wat willen ze dat ik doe?’

            Flora glimlacht nog altijd terwijl ze antwoord: ‘Ze willen dat je levendiger wordt. Dat je meer gebruik maakt van gezichtsuitdrukkingen en toonverschil. Een beetje alsof je zingt.’

            ‘Willen ze dat ik ga zingen?’ vraag ik.

            Flora lacht en even overweeg ik om mee te lachen. Maar dat doe ik dan toch maar niet.

 


6

Victoria, week twee, dag één, 12:15

Victoria kan nu glimlachen en fronsen. Nu proberen we haar toonverschil aan te leren, maar het gaat moeizaam omdat ze niet begrijpt wat we bedoelen.

De sponsoren zijn erg tevreden. Ook de mensen van het journaal die langskwamen voor een documentaire zijn erg tevreden met de opnames die ze gemaakt hebben. Over twee weken komen beide partijen weer terug.

Wij hopen allemaal dat Victoria zich dan als een normaal mens zal gedragen.

 

Ik ben op tv.

            Ze kijken met zijn alle naar iets dat op tv is en ik herken mezelf. Ik lijk helemaal niet op haar. Ze doen alsof ze gestoord is. Ben ik gestoord?

            Ze hebben niet door dat ik mee kijk. Ik sta achterin het laboratorium en kijk over de schouder van een van hen mee. Zelfs mijn bewakers kijken mee.

            De vrouw met de roodgeverfde haren verschijnt in beeld. ‘Het eerste mens dat doormiddel van genetische manipulatie is samengesteld, blijkt een groter succes dan verwacht. Het meisje, Victoria, ik ontzettend intelligent en leert snel. Het lichaam van de creatie, dat er jong en mooi uitziet, zal niet verouderen. Is dit een nieuw, slimmer ras dat de nieuwe mensheid kan worden? Zullen er over een paar honderd jaar alleen nog maar Victoria’s rondlopen? U hoort het hier, bij het New News journaal.

            Ik loop de gang op en kruip weg in een hoekje. Ben ik een mens dat gemaakt is door genetische manipulatie? Ben ik intelligent? Leer ik snel? Zie ik er jong en mooi uit en zal ik nooit verouderen? Waarom heeft niemand me dat verteld?

            Manipulatie. Iemand manipuleren. Iemand beïnvloeden.

            Genetische manipulatie; iets genetisch beïnvloeden of creëren.

            Ik word een uur later pas gevonden. Ze geven me een kalmeringsmiddel en leggen me in mijn bed.

            ‘Je hebt het geweldig gedaan,’ zeggen ze.

            ‘Ooit zul je een van ons zijn,’ zeggen ze.

            Maar wie zegt dat ik dat opvat als een compliment?

 

Ze veranderen van tactiek.

            Ze laten me mijn eigen eten koken en er zijn steeds minder mensen om me heen.

            Mijn kamer krijgt meer meubels en ik mag de kleur uitkiezen van de muren. Het spiegelglas wordt weggehaald.

            Flora leert me gitaarspelen. Een andere man leert me piano.

            Ik begin toonverschillen in mijn stem te krijgen.

            Het gaat allemaal ontzettend goed. Totdat Flora opeens zegt.

            ‘Victoria, de mensen komen terug.’


7

Victoria, week drie, dag 1, 18:47

Victoria had vandaag een hysterische aanval. Na twee weken alleen maar positieve resultaten was dat natuurlijk te verwachten. Morgen komen de sponsoren en de cameraploeg weer terug.

We hoopten eigenlijk op een normale ontmoeting, zonder dat Victoria opgesloten hoeft te worden, maar de observatoren raden ons dat ten strengste af.

 

Ik ben weer rustig wanneer ze me mijn kalmeringsmiddelen geven.

            Ik hoor ze praten over de mensen die op bezoek komen. Of ik er wel klaar voor ben. Ik zie Flora teleurgesteld naar me kijken. Dat maakt me verdrietig. Ik wilde haar niet teleurstellen.

            ‘Ik ben er wel klaar voor,’ zeg ik.

            Ze draaien zich naar me om.

            ‘Ik ben er wel klaar voor,’ herhaal ik. ‘Als jullie me helpen, ben ik er klaar voor.’

            Dat is alles wat ze wilden horen. Ze geven me een blauwe jurk die zacht aanvoelt. Flora doet een vlecht in mijn haar en zegt dat alles goed komt. Dat ik niet bang hoef te zijn voor mijn medemens.

            Maar zijn het wel mijn medemensen? Ben ik wel wat zij zijn?

 

Zeven zijn het er.

            De vrouw met de roodgeverfde haren, haar cameraploeg en nog drie anderen. Ieder van hen bekijkt me alsof ik een zeldzaam schilderij ben.

            Ik schud hun handen. Ik stel me aan ze voor. De vrouw met de roodgeverfde haren filmt alles.

            Ze leken allemaal tevreden te zijn met wat ik was. Toen het bezoek weer weg was, kreeg ik een toetje dat ze ‘chocolademousse’ noemde.

            ‘Ik ben moe,’ deel ik mee als ik mijn toetje op heb.

            Ze brengen me naar mijn kamer en Flora geeft me nog een laatst complimentje voordat ik in slaap val.

 


8

Victoria, week drie, dag drie, 10:56

Het gaat uitstekend met Victoria. De tweede uitzending over haar was een groot succes. Als we nagaan hoe ze zich gedraagt, hebben we besloten dat haar lichaam zestien is. Geestelijk gezien is het wat onduidelijker. Haar intelligentie is groot, maar emotioneel gezien heeft ze te weinig meegemaakt. Vandaar dat we besloten hebben om haar naar school te sturen zodra we de goedkeuring hebben van de regering.

 

Ze willen dat ik een officieel persoon ben.

            Ze willen een paspoort voor me regelen, ze willen me naar school sturen. Van alle boeken die ik heb gelezen en films die ik heb gezien, kan ik opmaken dat daar heel veel mensen zijn. En ik ben toch zeker geen attractie?

            Attractie; bezienswaardigheid, iets wat aandacht trekt. Kijk ook bij; achtbaan.

            Flora heeft de school voorgesteld waar haar eigen dochter ook op zit. Het Dornenhuis, heet de school.

            Ik wil er niet heen.

            Ik heb nog nooit iets zo erg niet gewild. Ik wil niet naar school. Ik wil naar mijn kamer en er nooit meer uitkomen.

© 2013 Alle rechten voorbehouden.

Maak een gratis websiteWebnode